|
|
|
|
|
|
Van hittegolf naar zware storm
|
|
Juli was me wel een maand. Eerst een lome hittegolf. Da’s niet erg, dan wil je alleen maar op het water zijn. Zwemmen en een koele bries voelen op een aandewindse koers, daar gaat het even om.
Toen, bijna eind juli, kondigde zich een meteorologisch spektakel aan: de heftigste zomerstorm ooit gemeten. Dan wil je juist even niet op het water zijn, ook de meest geharde schipper niet. We lagen verwaaid zoals dat heet, met z’n allen, vastgesnoerd met alle lijnen die we hadden. Zo zitten wij een zware storm uit, veilig aan de kant.
De dag daarop konden we weer uitvaren: op zoek naar de wonderlijke witte lepelaar, schommelend in het kluivernet, met nog meer respect voor de wind!
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Wat is wind?
|
|
Maak eens een vuurtje in een vuurkorf. Boven het vuurtje kun je de warme lucht voelen. Hou er een paar repen papier boven (hoog genoeg natuurlijk): die wapperen… naar boven. Dat komt door wind, dat is lucht die zich verplaatst.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kluivernet: het mooiste plekje van het schip
|
|
Schepen van voor naar achter. Aflevering 1: De kluiver(boom)
Scheepstaal zit vol met begrippen waar we allang de oorsprong niet meer weten. Zoals het voorste onderdeel van onze schepen: de kluiverboom. Iets van doen met kluiven? Nee hoor, tegenwoordig luieren we in kluivernetten.
|
|
|
|
|
|
|
Witte schoonheden met een lepelbek
|
|
In het Nederlands heten ze lepelaar, in het Duits Löffler, Polen noemen hem ‘pollepel’ en de Engelsen Spoonbill. Met deze uitgekiende snavel zeeft de lepelaar visjes, garnalen en ander klein grut uit het water – zoals we vaak zien tijdens droogvallen.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|